In welke stad (ter wereld) zou je het beste gedijen en waarom?
Ik vrees momenteel géén stad. Ik hou enorm van het contrast van bruisende steden te bezoeken om daarna een periode terug in een kamer of een bos te verdwijnen. Toch vond ik in Berlijn al het meest van deze contrasten terug, een gigantische diversiteit aan mensen en activiteiten. Een speelveld voor architectuur én natuur.
Welk gebouw/plek/publieke ruimte roept voor jou instant jeugdherinneringen op en waarom?
De woonloods van William Lievens (Nero, Gent). William Lievens was een vriend van mijn ouders, en medeoprichter van Nero samen met mijn vader. Hij woonde in de meest uiteenlopende omgevingen. Eén daarvan was een grote loods ergens in de Gentse Zeehaven. Ik herinner me enkel flarden, mogelijk onjuistheden, en dat maakt het extra boeiend voor me.
Er stonden enkele containers in de loods, temidden van een grote open ruimte in het midden van de haven. In de winter was het van de slaapcontainer naar het toilet rennen in de kou, in de zomer aangenaam vertoeven in zo’n gigantische ruimte. Het idee dat je ergens kan wonen waar het niet gepland is, voor jezelf en/of de ruimtelijke ordening, trekt enorm aan. Dat geeft andere perspectieven op wonen, werken, ontspannen … Niet alles moet in het rigide systeem passen. Ik heb de indruk dat er nog mensen rond me naar datzelfde op zoek gaan.
Aan welk architecturaal/stedenbouwkundig project in Vlaanderen en/of Brussel had je graag meegewerkt en waarom?
Schumanplein en Rogierplein, Brussel, XDGA. De verhouding tussen architectuur en overheid, democratie en de ‘gewone’ mens boeit me enorm. Met zo’n projecten kan je die relatie fysiek vastpakken, en kneden. Ik volg al enkele jaren het werk van Xaveer De Geyter en ben zeer benieuwd naar het Schumanplein. Het Schumanplein is het hart van democratisch Europa, maar ook een plek waar heel veel circulatie is. Het wegnemen van auto’s en teruggeven van een amfitheater, als statement kan het zeker tellen.